Binnen de Baanatletiek van de vereniging zijn er verschillende bekers te winnen hieronder is beschreven welke:
De Jo Schout - beker, deze prijs is in het leven geroepen door de Baanatletiek, is een beker voor de A- en B junioren en de senioren. Deze beker is voor de atleet die naast het atleet zijn zich ook inzet voor de vereniging.
Deze beker is te winnen door pupillen en door C/D junioren.
Deze beker wordt ieder jaar uitgereikt aan de atleet of atlete bij de jeugd die dat jaar volgens de train(st)ers het meeste opviel door:
De beker is een wisselbeker die de winnaar 1 jaar mag houden, daarna krijgt hij of zij een replica van deze beker.
We hebben drie P.R. Competities.
1. Pupillen P.R. Competitie
2. Junioren C & D P.R. Competitie
3. Junioren B en ouder P.R. Competitie
Iedere P.R. Competitie heeft zijn eigen beker die de atleten kunnen winnen.
Deze beker wordt uitgereikt aan de atleet of atlete die in het afgelopen winter en zomerseizoen de meeste punten heeft gescoord in het P.R. klassement. Het P.R. klassement geldt voor alle wedstrijdatleten Baanatletiek.
Hoe werkt dit?
Zoals de naam al zegt is het de bedoeling dat je zo vaak mogelijk op alle onderdelen je persoonlijk record gaat verbeteren. Hierdoor verdien je een aantal punten. De hoeveelheid punten is afhankelijk van het soort wedstrijd (avond-, competitie-, club- of uitwedstrijd). Telkens zal het nieuwe persoonlijk record het oude vervangen en het nieuwe doel zijn om bij een volgende wedstrijd te verbeteren. Zo worden tijdens het hele seizoen (1 november tot en met 31 oktober) steeds de behaalde punten opgeteld, waarbij aan het eind degene met de meeste punten natuurlijk de winnaar is.
Je kunt de score zelf bijhouden door je prestaties of de verbeteringen op te schrijven.
Let op Bij uitwedstrijden geldt dat de uitslag alleen meetelt indien de uitslagen officieel doorgegeven zijn bij de Uitslagverwerking van GM.
In een sportvereniging en dus ook de atletiekvereniging is het vaak zo dat je eigenlijk pas meetelt als je presteert. Je kan echter een prestatie op twee manieren bekijken, namelijk:
Bij de eerste manier gaat het meestal om de winnaar van een wedstrijd of het clubrecord. Doordat dit (zeker binnen de atletiekvereniging waar de factor geluk nauwelijks meespeelt) vaak dezelfde personen zijn, dreigt het gevaar dat iemand die ten opzichte van anderen wat minder hoog scoort nooit in de belangstelling staat. Dit terwijl hij/zij met een verbetering van zijn/haar eigen record een topprestatie geleverd heeft, dit is de tweede manier van bekijken.
Voorbeeld:
Een (gast) atleet/atlete die met een PR van 1.00 m hoogspringen op een wedstrijd 1.05 m hoogspringt, terwijl een medeatleet die een PR van 1.40 m heeft de wedstrijd wint met een sprong van 1.25 m hoog, heeft zeker evenveel applaus verdient als de winnaar van de wedstrijd. De eerste atleet heeft zijn eigen record verbeterd terwijl de winnende atleet zijn eigen record niet eens benaderd heeft.
Nu is het natuurlijk wel terecht dat de hoogste score de wedstrijd wint, maar om alle atleten mee te laten tellen is de puntentelling voor de PR trofee, op persoonlijke prestaties gebaseerd.
Wat willen we daarmee bereiken?
Bij het verbeteren van een PR op een willekeurig onderdeel van een bepaalde categorie tijdens:
avondwedstrijd bij GM een uitwedstrijd competitie wedstrijd clubkampioenschappen evenaring van een PR neerzetten van een nieuwe beginprestatie | 20 punten 20 punten 30 punten 40 punten 5 punten 5 punten |
Let wel op bij uitwedstrijden telt de uitslag alleen mee indien deze zijn doorgegeven aan de persoon die de wedstrijduitslagen verwerkt. Zie https://www.avgm.nl/links
Voor de B - junioren en ouder wordt een aparte PR - competitie bijgehouden. Deze categorieën kunnen op ieder onderdeel scoren. De puntenwaardering is hetzelfde als bij de jongere categorieën.
Atleten die zich per 1-11 afmelden als lid komen niet in aanmerking voor de PR beker/trofee.
Voor de pupillen en junioren C en D worden de beste persoonlijke zomerseizoenprestaties verwerkt op een eisenkaart. Voor elk onderdeel staat een eerste en tweede eis vermeld. Behaalt men alle eerste eisen in een jaar, dan ontvangt men een zogenaamd Atletiekunie-lintje, haal je ook nog daarbij alle tweede eisen, dan ontvang je het zogenaamde Atletiekunie-kruisje, een speciale medaille.
Hieronder vinden jullie een overzicht van de eisen voor de verschillende categorieën. Daarop staat aan welke prestaties je moet voldoen om in aanmerking te komen voor een lintje of kruisje. Dit is voor elke categorie anders.
De bovenste regel is de 1ste eis en de onderste regel is de 2de eis.
Een blanco veld betekent dat voor dat onderdeel in die categorie geen eis bestaat.
Als je de bovenste regel van de prestaties gehaald hebt, krijg je aan het eind van het seizoen een lintje. Als je alle prestaties gehaald hebt krijg je een Atletiekunie-kruisje. Je moet echt 'allround' zijn om dit te halen.
Voorbeeld | 40 m jongens B pupil | 1ste eis 8.2 seconde 2de eis 7.5 seconde |
Als je de 1ste keer 7.4 sec. loopt dan wordt de 2de eis afgetekend en moet je proberen om aan de andere eis ook te voldoen. Aan het einde van het seizoen wordt de stand opgemaakt en de lintjes en kruisjes uitgereikt. Doe je best alle prestaties te halen, zodat veel lintjes of kruisjes kunnen worden uitgereikt.
Hierbij zul je wel snappen dat degene die het meest mee op wedstrijd gaat de meeste kans heeft!!!!!
Hieronder de eisenkaart voor de verschillende categorieën met daarin opgenomen de eerste en tweede eis.
sprint | mla | mla | mla | mla | hoog | ver | kogel | discus | balw. | speer | ||
JC | 100m | 800m | 1500m | |||||||||
1e eis | 14.5 | 2.50 | 5.30 | 1.30 | 4.00 | 7.50 | 20.00 | 22.00 | ||||
2e eis | 14.0 | 2.40 | 5.00 | 1.45 | 4.40 | 8.50 | 22.00 | 24.00 | ||||
MC | 80m | 1 km | 600m | |||||||||
1e eis | 12.5 | 4.00 | 2.15 | 1.15 | 3.50 | 6.50 | 14.00 | 16.00 | ||||
2e eis | 12.0 | 3.45 | 2.05 | 1.30 | 4.00 | 7.50 | 18.00 | 20.00 | ||||
JD | 80m | 1km | ||||||||||
1e eis | 12.5 | 4.00 | 1.10 | 3.50 | 7.00 | 14.00 | 16.00 | |||||
2e eis | 12.0 | 3.45 | 1.25 | 4.00 | 7.50 | 17.00 | 20.00 | |||||
MD | 60m | 1km | 600m | |||||||||
1e eis | 10.5 | 4.30 | 2.20 | 1.00 | 3.20 | 5.50 | 12.00 | 13.00 | ||||
2e eis | 9.7 | 4.00 | 2.15 | 1.15 | 3.50 | 6.50 | 15.00 | 16.00 | ||||
JAP | 60m | 1000m | ||||||||||
1e eis | 10.5 | 4.30 | 0.95 | 3.15 | 5.50 | |||||||
2e eis | 9.7 | 4.00 | 1.10 | 3.50 | 6.50 | |||||||
MAP | 60m | |||||||||||
1e eis | 11.5 | 5.00 | 0.90 | 2.75 | 4.00 | |||||||
2e eis | 10.5 | 4.30 | 1.05 | 3.25 | 5.00 | |||||||
JBP | 40m | 1000m | ||||||||||
1e eis | 8.2 | 5.00 | 0.90 | 2.75 | 13.00 | |||||||
2e eis | 7.5 | 4.30 | 0.95 | 3.15 | 20.00 | |||||||
MBP | 40m | 1 km | ||||||||||
1e eis | 8.7 | 5.30 | 0.80 | 2.50 | 10.00 | |||||||
2e eis | 7.5 | 5.00 | 0.90 | 3.00 | 13.00 | |||||||
JCP | 40m | 600m | ||||||||||
1e eis | 9.0 | 3.15 | 0.65 | 2.30 | 10.00 | |||||||
2e eis | 8.2 | 3.00 | 0.75 | 2.60 | 15.00 | |||||||
MCP | 40m | 600m | ||||||||||
1e eis | 9.5 | 3.30 | 0.60 | 2.00 | 8.00 | |||||||
2e eis | 8.7 | 3.15 | 0.70 | 2.35 | 10.00 |
De bovenste regel is de 1e eis en de onderste regel is de 2e eis. Een blanco veld betekent dat voor dat onderdeel in die categorie geen eis bestaat.
Als je de bovenste regel van de prestaties gehaald hebt, krijg je aan het eind van het seizoen een lintje. Als je alle prestaties gehaald hebt krijg je een Atletiekunie-kruisje. Je moet echt 'allround' zijn om dit te halen.
Voorbeeld
40m jongens B pupil, 1e eis 8.2 seconde, 2e eis 7.5 seconde.
Als je de 1e keer 7.4 seconden loopt dan wordt de 2e eis afgetekend en moet je proberen om aan de andere eis ook te voldoen. Aan het einde van het seizoen wordt de stand opgemaakt en de lintjes en kruisjes uitgereikt. Doe je best alle prestaties te halen, zodat veel lintjes of kruisjes kunnen worden uitgereikt.
Hierbij zul je wel snappen dat degene die het meest mee op wedstrijd gaat de meeste kans heeft!